
Naam: John Wayne Gacy
Bijnaam: The Killer Clown
Geboren: 17 maart 1942, Chicago Illinois VS
Overleden: 10 mei 1994
Aantal moorden: 33+
Straf: doodstraf
Jeugd
Gacy was het middelste kind van John Stanley Gacy en Marion Elaine Robison. Hij had een oudere en jongere zus. Zijn vader vocht in WOI en werd daarna automonteur. Hij was alcoholist. Zijn moeder was huisvrouw.
Gacy had een hartaandoening, waardoor kon hij niet kon sporten en buitenspelen moeilijk was. Daardoor had hij overgewicht en werd hij gepest op school. Omdat hij veel in het ziekenhuis lag miste hij veel lessen op school. Zijn vader noemde hem ‘dom’ en zei dat hij zijn fysieke problemen zou ‘faken’. Hij mishandelde en kleineerde zijn zoon. Als zijn vader hem weer eens sloeg met de riem en zijn moeder ertussen sprong, noemde hij hem een ‘moederskindje’.
Gacy had constant het gevoel niet goed genoeg te zijn voor zijn vader. Ondanks de mishandelingen hield hij van hem en probeerde het goed te doen. Als hij dan een taart bakte voor zijn vader zei zijn vader tegen hem dat hij ‘toch wel homo zou worden’.
Op zijn achttiende ging hij aan het werk bij de ambulancedienst en even later bij een mortuarium. Daar balsemde hij de dode lichamen die daar binnenkwamen. Later vertelde Gacy dat hij stiekem het lichaam van een overleden jonge jongen omhelsde en daarvan genoot. Hij schrok hier zo van, dat hij stopte met zijn werk.
Gacy was vanaf zijn tienerjaren actief in de politiek. Op zijn achttiende sloot hij zich aan bij de Democratische Partij, wat weer tot afkeuring van zijn vader leidde. Later sloot hij zich aan bij de Jaycees, een maatschappelijke organisatie die zich richt op leiderschapstraining voor jongeren tussen de 18 en 40 jaar. Daar had hij zijn eerste homoseksuele ervaring, toen een ander lid seks met had toen ze beide dronken waren.
Hij ging studeren en haalde zijn ondernemersdiploma. Hij ging werken voor een schoenenbedrijf waar hij al snel promotie maakte tot afdelingsmanager. Daar ontmoette hij Marlynn Myers. Ze trouwden in 1964 en kregen een zoon en een dochter. In deze periode bood zijn vader voor het eerst zijn excuses aan voor de mishandeling. Ook zei hij: ‘Zoon, ik had het mis over jou’ en schudde hem de hand.
Gacy’s schoonvader kocht drie KFC-restaurants in Waterloo Iowa, waar Gacy beheerder van werd. Zonder medeweten van zijn schoonvader opende Gacy in de kelder van zijn restaurants een ontspanningsruimte voor zijn jonge werknemers. Hij nodigde na werktijd jonge mannelijke werknemers uit in deze ruimte om te drinken. Hij maakte seksuele avances bij de werknemers. Als hij afgewezen werd deed hij zijn avances af als grapje.
Misdaden (deel 1)
In augustus 1967 nam Gacy de 15-jarige Donald Voorhees Jr. mee naar huis. Hij was de zoon van lokale politicus Donald Edwin Voorhees. Hij beloofde hem alcohol en pornofilms. Tijdens deze ontmoetingen haalde hij Voorhees over om orale seks te hebben. Hij zei tegen hem: ‘Je moet eerst seks met een man hebben voordat je begint met vrouwen’. Hetzelfde deed hij ook met andere jonge jongens. Sommige betaalde hij onder het mom van ‘wetenschappelijke experimenten over homoseksualiteit.
Arrestatie en rechtszaak (deel 2)
In maart 1968 vertelde Donald tegen zijn vader dat hij seksueel misbruikt werd door Gacy. Voorhees senior deed aangifte bij de politie, waarna Gacy werd opgepakt. Ook een andere jongen had aangifte tegen hem gedaan. In afwachting van zijn rechtszaak vroeg Gacy aan een werknemer om Voorhees Jr. aan te vallen, zodat hij af zou zien van een getuigenis in de rechtbank. Onder druk van de politie bekende deze werknemer wat hij had gedaan.
Op 3 december 1968 werd Gacy veroordeeld tot tien jaar gevangenisstraf wegens sodomie. Nog diezelfde dag vroeg zijn vrouw de echtscheiding aan. Hij mocht zijn kinderen niet meer zien.
Gacy bleek een modelgevangene. Hij werd hoofdkok in de gevangenis, zorgde voor betere levensomstandigheden voor gevangenen en was ook binnen de gevangenis actief voor Jaycees.
Tijdens zijn verblijf in de gevangenis overleed zijn vader aan levercirrose. Gacy was er kapot van. Hij had het idee dat de dood van zijn vader zijn schuld was. Hij dacht dat zijn vader overleed door verdriet wat hij hem had aangedaan. Hij kreeg geen toestemming om zijn begrafenis bij te wonen.
Na zijn vrijlating
Op 18 juni 1970 werd hij vrijgelaten, onder voorwaarde dat hij bij zijn moeder in Chicago ging wonen. Hij ging aan het werk als kok. Een jaar later begon hij naast zijn baan als kok een aannemersbedrijf, PDM Contractors. Zijn aannemersbedrijf groeide binnen korte tijd uit tot een groot bedrijf. De meeste van zijn werknemers waren jonge jongens.
In de jaren erna werden er meerdere aangiftes tegen Gacy gedaan wegens seksueel misbruik, maar hij werd nooit vervolgd. In 1971 werd zijn oude dossier verzegeld, wat wil zeggen dat ze niet meer toegankelijk zijn voor het publiek.
In 1971 kocht hij met hulp van zijn moeder een huis aan de 8213 West Summerdale Avenue. In dezelfde tijd verloofde hij zich met Carole Hoff, die hij nog kende van de middelbare school. Zij trok samen met haar twee dochters bij hem in. In 1972 trouwden ze. Carole vond verschillende tijdschriften met homoseksuele porno. Ook zag ze dat Gacy meerdere keren jonge jongens meenam naar hun garage. In 1975 scheidden ze weer.

In 1975 sloot Gacy zich aan bij clowns-club ‘Jolly Joker’. Hij trad op als ‘Pogo the Clown’, een vrolijke clown en als ‘Patches the Clown’, die wat serieuzer was. Zijn optredens waren vooral om fondsen te werven voor goede doelen, om zieke kinderen in ziekenhuizen te bezoeken en om kinderfeestjes op te vrolijken. Jaren later kreeg hij hierdoor de bijnaam ‘The Killer Clown’.
Misdaden (deel 2)
In januari 1972 reed Gacy door Chicago om een tentoonstelling van ijssculpturen te bezoeken. Onderweg zag hij bij het Greyhound busstation een jongen staan, de zestienjarige Timothy McCoy. Hij lokte hem zijn auto in om een sightseeing door Chicago te doen. Daarna bracht hij hem naar zijn huis, met de belofte hem de volgende ochtend op tijd naar het station te brengen om zijn bus te halen.

Volgens Gacy werd hij de volgende ochtend, 3 januari, wakker en stond Timothy met een mes voor zijn neus. Hij zou hier zo van zijn geschrokken dat hij in een gevecht met hem belandde. Hij pakte het mes van Timothy af en stak hem dood. Later zou hij vertellen, dat hij een orgasme kreeg bij het horen van het gorgelen en hijgen van Timothy toen hij hem met zijn mes stak. Toen hij na de moord in de keuken kwam zag hij, dat Timothy de tafel had gedekt voor een ontbijt voor twee. Waarschijnlijk wilde Timothy hem verrassen en had hij per ongeluk nog een mes in zijn hand toen hij Gacy wekte. Hij verborg het lichaam van Timothy in de kruipruimte van zijn huis en goot er beton over.
Volgens Gacy pleegde hij zijn tweede moord begin 1974. Het wurgde zijn slachtoffer en legde hem voor langere tijd in zijn kast. De identiteit van dit slachtoffer is nog altijd onbekend. De eerste twee moorden van Gacy pleegde hij nog tijdens zijn tweede huwelijk.
In 1975 werd de vijftienjarige Anthony Antonucci werknemer van Gacy. Twee maanden later bezocht Gacy hem thuis toen Anthony zijn enkel had verstuikt. Ze dronken wijn en keken porno. Uit het niets werkte Gacy Anthony op de grond en boeide hem. Anthony wist vrij te komen en won de worsteling van Gacy. Hij pakte de handboeien en boeide Gacy. Gacy beloofde hem niet meer lastig te vallen als Anthony hem vrij zou laten. Daarna bleef Anthony nog negen maanden voor Gacy werken.

Ook zijn derde moord pleegde hij nog tijdens zijn huwelijk. Op 31 juli 1975 kwam Gacy’s achttienjarige medewerker John Butkovich naar hem toe om achterstallig loon op te eisen. Gacy nam hem mee naar zijn huis, gaf hem een drankje, deed hem handboeien om en wurgde hem. Hij wilde John ook in de kruipruimte begraven, maar zijn vrouw kwam onverwacht thuis. Daarom begroef Gacy hem onder een betonnen vloer van zijn garage.
Na zijn scheiding in maart 1976 ging Gacy los. Tussen 1976 en 1978 vermoordde hij tientallen jonge jongens. De meesten begroef hij in de kruipruimte van zijn huis. Toen zijn kruipruimte vol was overwoog hij de volgende lichamen op zolder neer te leggen. Dit deed hij uiteindelijk niet uit angst voor ‘lekkage’. De lichamen van zijn laatste slachtoffers dumpte hij in de nabijgelegen rivier Des Plaines.
Ten tijde van deze moorden hebben twee werknemers van hem bij hem in huis gewoond. De eerste was de achttienjarige David Cram. Hij woonde van augustus tot oktober 1976 bij hem. Hij werd meerdere keren door Gacy verkracht waarna hij vertrok. Van oktober 1976 tot april 1977 woonde de achttienjarige Michael Rossi bij hem.
Het laatste slachtoffer van Gacy was Robert Piest. Op 11 december 1978 was Gacy bij een apotheek om een offerte te overleggen met eigenaar Phil Torf. Gacy zag de vijftienjarige Robert Piest en liet vallen dat hij $5,- per uur kon verdienen, het dubbele van wat hij nu verdiende. Rond 21 uur die avond zei hij tegen zijn moeder dat hij een afspraak had met ‘die aannemer’ voor een baan. Rond 22 uur was hij vermoord en in de rivier gedumpt.
Arrestatie en rechtszaak (deel 2)

Toen Piest niet terugkwam gaf zijn familie hem als vermist op. Phil Torf zei tegen de politie dat ze bij Gacy langs moesten gaan. De volgende ging de politie bij hem langs, maar Gacy poeierde ze af en zei de volgende dag terug te komen. Hij kwam onder de modder op het politiebureau aan. Zijn verklaring was dat hij een auto-ongeluk had gehad. Hij ontkende elke betrokkenheid bij de verdwijning van Priest.
Op 13 december deed de politie een huiszoeking. Ze dachten dat Gacy hem wellicht opgesloten had in zijn huis. Bij de huiszoeking vonden ze ondermeer pornomateriaal, ondergoed dat niet van Gacy kon zijn en handboeien. Terwijl de politie onderzoek bleef doen naar Gacy werd hij constant in de gaten gehouden door agenten.
In de dagen erna had de politie gesprekken met de ex-vrouw van Gacy en met de twee jongens die bij hem thuis hadden gewoond, David Cram en Michael Rossi. In de loop van de gesprekken lieten de jongens steeds meer los. Ze vertelden onder meer dat ze meerdere keren greppels moesten graven in de kruipruimte en dat ze limoen en ongebluste kalk in diezelfde moesten strooien om stank tegen te gaan. Ook vertelden ze beiden wel eens spullen te hebben gekocht en gekregen. Dat ging onder meer om een horloge en een auto van één van de slachtoffers van Gacy. Verder vertelden ze dat verschillende van hun jonge collega’s van het bouwbedrijf ‘plotseling verdwenen’.
Ondertussen werd Gacy helemaal gek van de constante bewaking van agenten om hen heen. Op een gegeven moment nodigde hij ze bij hem thuis uit, omdat hij er niet meer tegen kon constant bekeken te worden door hen. Toen één van de agenten naar het toilet ging en doorspoelde rook hij een vreselijke geur.
Gacy had met zijn advocaten besloten om aangifte te doen tegen de agenten die hem bewaakten. Toen hij bij hen zat dronk hij eerst een paar stevige borrels. Vervolgens vertelde hij dat Robert Priest dood in een rivier lag. Daarna vertelde hij dat hij minstens 30 jongens had vermoord en dat ze in de kruipruimte van zijn huis lagen en in een rivier. Door de alcohol viel hij halverwege zijn bekentenis in slaap.
De volgende dag bezocht Gacy verschillende vrienden, waaronder Cram en Rossi. Hij vertelde hen dat hij 30 jongens had vermoord. Bij een benzinestation gaf hij een zakje cannabis aan een pompbediende, die dit vervolgens doorgaf aan de agenten die hem bewaakten. Daarna reed hij naar het kerkhof en bezocht het graf van zijn vader.

Omdat de politie bang was dat Gacy zelfmoord zou plegen, arresteerden ze hem voor het bezit van cannabis. Diezelfde dag, 21 december 1978, deed de politie een tweede huiszoeking, nog steeds op zoek naar Robert Piest. Ze zagen dat Gacy de kruipruimte onder water had laten lopen. Toen ze het water weg hadden laten lopen zagen en begonnen te graven, wisten ze niet wat ze zagen. Er lagen rottende lichamen, botten en schedels. Deze konden onmogelijk van Piest zijn. Wel kreeg het bureau melding, dat ze Gacy aan konden houden voor moord.
Gacy bekende op 22 december in aanwezigheid van zijn advocaten dat hij ongeveer 30 jongens had vermoord. Over Piest vertelde hij nog, dat hij hem direct had gewurgd, dat hij die nacht nog naast zijn lichaam had geslapen en hem toen in de rivier had gedumpt.

De volgende dag ging hij met politie, advocaten en zijn zus naar de rivier om aan te geven waar hij Priest en andere slachtoffers had gedumpt. Daarna ging hij naar zijn huis om aan te geven waar hier precies de slachtoffers lagen. Er lagen 26 lichamen onder de kruipruimte, drie lichamen elders op zijn terrein en vier in de rivier.
Op 6 februari 1980 begon de rechtszaak tegen Gacy. Zijn advocaten pleitten dat hij ontoerekeningsvatbaar was. In de weken erna werden meerdere psychiaters en getuigen gehoord, waaronder Michael Rossi, David Cram en Donald Voorhees.

Op 12 maart kreeg Gacy zijn vonnis te horen: de doodstraf.
Gacy verbleef 14 jaar in de dodencel van het Menard Correctional Center. Daar ging hij schilderen. Tot op de dag van vandaag worden zijn schilderen voor grote bedragen aangekocht.
Tijdens zijn verblijf ging Gacy wetboeken bestuderen. Hij ging meerdere malen in hoger beroep om zijn doodvonnis ongedaan te maken. Hij beweerde dat niet hij maar medewerkers van hem de moorden zouden hebben gepleegd en dat hij alleen ‘weet zou hebben’ van vijf van de moorden. Alle hoge beroepen werden afgewezen. Zijn executie-datum werd vastgesteld op 10 mei 1994
Op 9 mei 1994 had hij een picknick met zijn familie. Zijn laatste maaltijd was een emmer KFC, een dozijn gebakken garnalen, frietjes, verse aardbeien en een cola light. Op 10 mei vond zijn executie door dodelijke injectie plaats. Zijn lichaam werd gecremeerd. Zijn hersenen werd verwijderd en overgedragen aan Helen Morrison, een forensisch psychiater die veel onderzoek heeft gedaan naar Amerikaanse seriemoordenaars. Buiten stonden honderden demonstranten te juichen om de dood van Gacy.
Aanbevolen
Onderstaande documentaire en podcast geven een goed beeld van het leven van John Wayne Gacy. Gacy gaf meerdere interviews toen hij in de dodencel zat. Deel 1 van een interview vind je hieronder. De andere delen zijn op YouTube te vinden. Wij hebben een podcast gemaakt over Tony, een overlever van John Wayne Gacy.